Het is weer tijd voor een nieuwe blog! De vorige keer ging de blog over Brouwerij De Zeven Deugden en de Vol+Mondig. Waarschijnlijk kun je, afgaande op de titel al een beetje raden waar deze blog over gaat. In deze blog zal ik namelijk het een en ander toelichten over bier zelf. Want, waar bestaat bier precies uit en wat zorgt ervoor dat bier zijn smaak krijgt?

Bier heeft vier basis ingrediënten. Dit zijn water, mout, gist en hop. Bier bestaat vrijwel geheel uit water en heeft een grotere invloed op de smaak, dan je misschien in eerste instantie zou denken. In sommige gebieden op de wereld heb je namelijk hard kalkrijk water en in andere juist zacht water. Dat betekent dus dat de samenstelling van water invloed heeft op de smaak van bier. Mede hierom zie je dat bepaalde biersoorten van oudsher regiogebonden zijn.
Zo komt de bierstijl India Pale Ale uit de regio Burton-on-Trent (Engeland), waar het calciumrijk water zorgt dat de hopbitters goed tot hun recht komen. Een ander voorbeeld is Plzeñ, waar veel zachter water is en de oorsprong is van Pils. Het zachte water zorgde namelijk voor een prima basis van de milde Pilsener.

De volgende ingrediënt mout, is een bewerkt graan. Het zetmeel uit het graan wordt tijdens het brouwproces omgezet in suikers. Daarnaast zorgt het graan voor de kleur van het bier, heeft het effect op de schuimkraag en is het van groot belang voor de smaak. Het graan geeft vooral smaken en aroma’s van karamel, brood, chocolade en geroosterde bitterheid aan het bier.
Door het bewerken van het graan (mouten dus) kan het zetmeel makkelijker worden omgezet in vergistbare suikers. Bij het mouten wordt het graan in een vochtige en warme omgeving tot kiemen gebracht, zodat het zetmeel uit de korrel tijdens het brouwproces goed wordt omgezet in suikers. Vervolgens wordt het graan gedroogd en sterft het kiempje, zodat er geen voedingsstoffen meer worden onttrokken. Tot slot worden de kiempjes van de korrels geborsteld en spreekt men over mout.

De derde basis ingrediënt is gist en is een eencellig organisme. Gist is verantwoordelijk voor het eten van suikers en het scheiden van koolzuur en alcohol. Bepaalde gistsoorten kunnen ook geur- en smaakbepalend zijn. Zo heeft een Weizen bijvoorbeeld de fruitige bananengeur.
Er zijn vier verschillende gistsoorten, namelijk: bovengisting, ondergisting, spontane gisting en gemengde gisting. De meest voorkomende hiervan zijn bovengisting en ondergisting. Bij bovengistende bieren krijgt het bier uitbundigere aroma’s en hoeft het relatief kort te vergisten. Terwijl ondergistende bieren wat minder aroma’s hebben en langer de tijd nodig hebben om de suikers om te zetten (vergisten).

De vierde en laatste ingrediënt is hop en is een echte smaakmaker. Hop is verantwoordelijk voor de kenmerkende bitter smaak van bier en zorgt er voor dat het bier langer houdbaar is.
Hopsoorten kun je grofweg in drie soorten delen, waarbij iedere soort zijn eigen kenmerken en gebruiken heeft. Zo worden ze op verschillende momenten in het brouwproces toegevoegd en zijn er soorten die smaak en geur afgeven aan bier. Zo heb je bitter hoppen, aroma hoppen en een combinatie van beiden, dual purpose hoppen.

Tot slot kun je naast deze smaakmaker nog iets gebruiken om nog meer smaak aan bier te geven en dat is kruiden. Er zijn enorm veel verschillende soorten kruiden dat je kunt gebruiken om bier een extra dimensie te geven. Denk bijvoorbeeld aan koriander, Honing of fruit. Dit was alweer bier 101 en na het lezen hiervan heb je hopelijk wat meer kennis opgedaan over de samenstelling van bier. Wie weet volgt er in de toekomst wel een blog bier brouwen 101 zodat je zelf aan de slag kunt!